MEDITATIEKRING

Maandelijks houdt de kring zitting, zoals een hof zitting houdt. Amram, de Meester die de Nieuwmaking aankondigt, zit het gezelschap voor. Hij bekleedt zoals hijzelf zegt, een ‘Stoel’. Die Stoel is een instrument om een kanaal van berichtgeving, samenhang en heling te verzorgen. De vroegere naam Messias-Kring riep weerstand op en werd daarom vervangen door Meditatiekring. Het messianisme, zoals het o.m. leefde bij de Essenen, de volksstam waar Jezus mee verwant was, is in essentie het verlangen naar de terugkeer van de Christus. Met grote zorgvuldigheid is de kring bijeengebracht via oproepen in individuele boodschappen en is de opdracht uiteengezet. De maandelijkse channelings hebben menig boek opgeleverd. Centraal staat de oproep om samen een Stad van Licht te vormen voor Hij Die Komt, of de Christus die weerkeert. De blauwdrukken van die Lichtstad worden aan de leden van de kring in bewaring gegeven, tot de tijd aanbreekt om ze in de materie gestalte te geven.

HISTORIEK

deruiter

Mona Lisa M. ontving in 1993 de uitdrukkelijke uitnodiging om een gezelschap samen te brengen om de weg te bereiden voor Hij Die Komt of de Christus die weerkeert. De Kring is officieel gestart op 25 mei 1994. De bijeenkomsten waren aanvankelijk gewijd aan de Goddelijke Moeder. Zij riep op voor Haar Zoon en openbaarde zich als profetes voor Zijn wederkomst. Toen de boeken “Twaalf Inzichten voor de Twaalf” en “Het Grondvest” waren gedicteerd, ontstond in ’97 een meditatiegroep met de naam De Twaalf of kortweg 12-zittingen. Ca. 2002 groeide daaruit de Danate-werking of de 21-zittingen.

BOODSCHAP

Van bij de aanvang werd er opgeroepen om voor de boodschap van de Christus die weerkeert spirituele ruimte te creëren. In enkele jaren tijd werden nieuwe begrippen gelanceerd als eindtijd, Eenmaking, Nieuwmaking en Wederkomst of Terugkeer. Stapsgewijs werden de kringleden opgetild in bevatting, en wel doordat er vanuit de Hogere Wereld achtereenvolgens verschillende berichtgevers werden afgevaardigd die elk op een bepaald bewustzijnsniveau inspraken brachten via Mona Lisa M.

Zebedeus richt zich tot de 12-groep; Amram de Meester die de Nieuwmaking aankondigt, richt zich tot de 21-groep. Ook Johannes, Galadriël, Ezechiël, Methusalem e.a. brengen richtlijnen over hoe we de Stad van Licht ILIUTH voor Hij Die Komt kunnen verwezenlijken. Wie de opdracht aanvaardt, wordt blauwdrukdrager van dat kostbare gegeven.

In maandelijkse meditatie-avonden of halve dag-workshops wordt steeds verder gebouwd aan de spirituele opdracht. Tevens is de kring voor heel wat personen een thuis geworden, een familie van zielsverwanten.

INSPIRATIEBRONNEN

Om de leden van de kring te helpen bij hun opdracht om Hij Die Komt voor te bereiden, zijn er door de Gidsen een aantal settings of contexten uit het verleden aangereikt, waarin er eerlijke pogingen zijn ondernomen om het Godsplan te helpen eerbiedigen. In elke setting zetten Godsgezanten (leiders, profeten, orakels of sibillen etc.) zich in om het Woord in een nieuwe bevatting bij de mensen te brengen.

Doorheen de jaren hebben we volgende modellen aangereikt gekregen:

  1. Het Twaalf- of apostelmodel
  2. Het Esseense model
  3. Het Atlantisverhaal of “De Oude Dagen”
  4. De Wohan
  5. Het verhaal van Ulloch en Merlijn

DE TWAALF

Ontroerend zijn de belichtingen waarin de vriendengroep rond Jezus wordt beschreven. Ook de vrouwen nemen daarin een belangrijke plaats in. Zebedeus, de vader van Johannes en Jacobus, meldde zich in de eerste jaren van de kring als gids. Zo ontstond het werkmodel “Twaalf Inzichten voor de Twaalf”. Zebedeus werd opgevolgd door Meester Amram. Zijn leringen inspireren de groep om hun opdracht uit te diepen.

DE ESSEENSE WEG

De Essenen waren de volkerengroep waar Jezus van Nazareth mee verwant was. In weerwil van wat er doorgaans wordt aangenomen, was volgens heel wat recente bronnen waaronder de berichtgevers van MLM, Jezus verwant aan de Essenen via Zijn moeder. De Essenen vormden rond het begin van onze jaartelling een sterk uitgedunde populatie van half-nomadische, half-sedentaire families die uitzwermden over Egypte, Lybië, Palestina en wellicht ook elders. De Romeinse historicus Flavius Jozephus maakt melding van hen en beschrijft het volk als naarstig, vroom, ingetogen en toegewijd aan de gnosis. Na Jezus’ dood werden de Essenen zo goed als uitgemoord. Hun overlevering hield namelijk rekening met de komst van een Messias die als vredesvorst de wereld zou één maken. De joden en vooral de Romeinen ervoeren dit als een bedreiging voor het Imperium dat Rome wilde vestigen.

Genetisch waren de Essenen van een heel ander ras dan de joden. Zij hadden een lange en slanke lichaamsbouw , lange ledematen, hoog voorhoofd, kastanjebruine tot blonde haren, een scherp verstand en een fabelachtig vermogen om te herinneren. Elke leefgemeenschap woonde samen in een ‘burcht’ of versterkte nederzetting, waarvan ondergrondse ruimten dienden voor samenkomsten en opslag van voorraad, kortom een veilig heenkomen van mens en dier. Het hoeft geen verwondering te wekken dat Jezus’ geboorte werd opgemerkt door Esseense herders die in de buurt van Bethlehem hun kudden hoedden. Zij herkenden de tekenen.

Esseense familiegroepen werden voorgegaan door een ‘oudste’ die ook optrad als leraar. Hun geheugen, zo stellen de boodschappen, ging terug tot aan Genesis of Het Begin. Zij noemden zich de Eerstelingen, of de Getrouwen van het Woord. Om in hun levensonderhoud te voorzien, oefenden zij eenvoudige ambachten uit: mandenvlechten, vervaardigen van vaatwerk voor eigen gebruik zowel als voor de tempeldienst etc. Ze waren ook gekend als bekwame helers.

DE OUDE DAGEN

De term Oude Dagen verwijst naar de eindperiode van het legendarische tijdperk dat men vandaag Atlantis noemt. In vele doorgaven wordt de geschiedenis van de Oude Dagen uiteengezet om de kringopdracht in een oudere setting te plaatsen dan de christelijke. In die eindtijd van Atlantis stond er een verlichte vorst op, die onder inspiratie van de Lichtrijken, een groot eenheidsrijk trachtte te vestigen. Deze vorst, Maodèn genaamd, was een avatar of verlichte leider. Hij wist alle elfenhuizen onder één vlag te brengen. Om de trouw aan de ‘Sfeer der Lichtenden’ te garanderen, en op die manier de zuivere afstemming van zijn hof veilig te stellen, stichtte hij een kring van getrouwen, de Orde der Danate.

Elk elfenhuis vaardigde enkele leden af om in die Orde in te treden en met Maodèn te waken over de eenheid en samenhorigheid in het steeds groeiende rijk. Helaas is dat tijdperk in mineur geëindigd. De vele belichtingen onthullen waar de mensen en andere populaties uit die tijd tekort schoten in afstemming en onderling respect, waardoor er een kantelpunt kwam in de zo goed bedoelde eenheidsbeweging. Er groeide verwaandheid, jaloersheid en hebzucht. Zo werd het rijk een makkelijk doelwit voor nietsontziende horden die oprukten uit de woestenijen die het rijk scheidden van de rest van de wereld. In geen tijd ontwrichtte de samenleving, kwamen er onlusten en oorlogen.

Het mooie verhaal eindigt abrupt met de overhaaste hemelvaart van de avatar-vorst en de teloorgang van het machtige hof en het gedroomde eenheidsrijk. Atlantis verdween onder water.

DE WOHAN

Als we nog verder teruggaan in de tijd, belanden we bij de eerste mensen die met een Openbaringsopdracht of opdracht om het Woord te brengen, op Aarde aankwamen. De Wohan – letterlijk ‘zij die heimwee hebben naar Huis’ – kwamen via de zg. Orion-poort op onze planeet terecht vanuit de sterren, nadat hun stelsel werd vernietigd. Zij behoren tot de zg. 6de inzaaiing. Onze wereld zou immers zes à acht ingrepen hebben gekend om menselijk DNA te verbeteren en nieuwe rassen te creëren. In belichtingen worden die ingrepen inzaaiingen genoemd. De Wohan waren vredelievend, zachtaardig, trouw aan de Ene, en vooral gedreven om hun zending als Woordbrengers te volbrengen. Aanvankelijk nog fijnstoffelijk, wisten zij zich door vermenging met een volk dat aan de bronnen van de Nijl woonde, te handhaven en een heus ras te vormen. Dat bleef echter klein en overzichtelijk, want Wohan geven enkel leven door op vraag van Boven. De Wohan liggen aan de basis van de Egyptische faraodynastieën. De Essenen zouden eveneens van hen afstammen.

DE DRUIDISCHE WEG: ULLOCH EN MERLIJN

Recent is door de toestroom van leerlingen behoefte gekomen aan een model dat dichter aansluit bij onze westerse archieven, nl. onze Keltische mystiek. Zo verscheen druïde Ulloch ten tonele. Zijn sappige leringen charmeren en spreken tot de verbeelding. Ulloch is de gids die opent wat verborgen zit, zoals zijn naam. In onze Keltische wortels zit een aangeboren verlangen naar het occulte, een vanzelfsprekende aanleg om de krachten van het bovennatuurlijke in het leven te herkennen en ons warm te maken voor het meesterschap verwerven in de MAGIA. De Magia is de kunde om energieën te herkennen en aan te wenden tot verbetering van de leefwereld.

Merlijn treedt naar voren van zodra men in die energiebeheersing een zeker meesterschap of balans heeft verworven. Dan is men klaar om de eigen zending gestalte te geven. Hij is het prototype van de zachtmoedige en tegelijk gestrenge meester die ons de stappen naar verlichting reveleert: gewaar-zijn en bewust worden van de zending, samenwerken met kosmos en aarde en wezens in diverse dimensies en tenslotte de eenwording bereiken door versmelting met het hoogste licht. Zo onderscheiden we in zijn leringen de Groene Merlijn, de Grijze en de Witte Merlijn.